2 of 3

Video 76.4. UitVOEREN

In deze video leer je :

Uitleg van de video in woorden

In deze les zoomen we in op de verschillen tussen de I – IV – V blues en de jazzblues. Het eerste verschil is in maat 2. Meestal wordt in de I – IV – V blues hier de eerste trap herhaald, in de jazzblues wordt de vierde trap gespeeld, Bb7. Soms wordt bij de I – IV – V blues hier trouwens ook de vierde trap gespeeld. Deze vierde trap werkt als een bevestiging van de eerste trap. Daardoor valt F7 in maat 3 meer op zijn plek.

Een heel belangrijk verschil is er in maat 8. Hier wordt D7 gespeeld. D7 leidt de II – V – I verbinding in maat 9 en 10 in. Omdat D7 oplost naar een mineur akkoord (Gmi7), wordt aan D7 de mol 9 toegevoegd. Je noteert het dan als D7b9.

Op D7b9 kun je de “gouden formule van Charlie Parker” spelen: C Bb A G F# Eb D C Bb. Makkelijk te onthouden als je begint vanaf het septiem. Zorg dat je deze basislck in alle 12 toonsoorten beheerst ! En ga van daaruit je eigen varianten maken.

OPDRACHT: Leer de gouden formule van Charlie Parker uit je hoofd.

Een andere mogelijkheid is de “Charlie Parker detour”. Een verrassende variant die je vaak in de solo’s van Charlie Parker hoort. Je speelt dan een logisch klinkende, dalende lijn van drie mineur 7 akkoorden op een rijtje, met Am7 en Abm7 in maat 8 en Gm7 in maat 9. Het werkt dan heel goed om de arpeggio’s van deze akkoorden te spelen. Dan laat je duidelijk de verschillen tussen de akkoorden horen en hoor je tevens de logica. Je kunt arpeggio’s stijgend of dalend spelen, of afwisselend.

OPDRACHT: Oefen de Charlie Parker detour.

In maat 9 en 10 is het belangrijkste verschil met de I – IV – V blues. Hier wordt de II – V verbinding Gm7 – C7 naar de eerste trap gespeeld in plaats van een V – IV progressie zoals in de I – IV – V blues.

Scroll naar boven