Deze week overleed James Last. Ooit begonnen als jazz bassist werd hij een wereldberoemde bandleider met als handelsmerk de “happy sound”. Kort door de bocht een vette saus van violen en trompetten met een ritmesectie.
Beperkte een van zijn voorlopers, Bert Kaempfert, zich aanvankelijk tot het commercialiseren van swingmuziek, James Last wist met het bewerken van volkse polka’s, klassieke melodieen, evergreens en popsongs de harten van miljoenen te veroveren.
De betekenis van James Last is heel groot geweest. Velen uit mijn generatie zijn door hem in aanraking gekomen met “Lichte Muziek”. Je kon je als blazer in de Fanfare toch met hem identificeren en het was leuk om zijn aanstekelijke sound te imiteren op je instrument. De LP’s kon je terugvinden in je vaders of opa’s collectie. In die zin is hij een grote stimulator geweest om de lichte muziek te verkennen. Door zijn aanpak kon hij een groot publiek aan zich binden.
Het schijnt dat hij het eten van zijn musici uit eigen zak betaalde en dat hij hen vorstelijke gages bood. Daarom kon hij de beste mensen kiezen. Toch was hij niet rijk. Zijn hart lag nu eenmaal bij de muziek en zo kon het gebeuren dat mensen die hij inhuurde om zijn geld te beleggen hem oplichtten en met het geld er van door gingen.
Een mooi voorbeeld welke keuze je maakt hoe je wilt leven …. met in onze maatschappij uitwassen van bankiers, de top van woningbouwstichtingen, managers bij de zorgverzekeraars etc. James Last leeft voort in de harten van de mensen, maar deze graaiers zullen straks in negatieve zin herinnerd worden.