In mijn improvisatiemethode leg ik de nadruk op het naspelen van anderen. Als je tenminste improviseert over akkoordenschema’s. Alle grote jazzmusici hebben het zo gedaan, dus voor jou werkt het ook zo! Je ontdekt op die manier immers goed klinkende woordjes en zinnetjes die passen op de akkoorden en bij het ritme, de ‘groove‘.
De basistaal die hoort bij improviseren in jazzmuziek is Bebop, ‘uitgevonden’ rond 1940. Het zou een beetje gedateerd klinken als je nu nog steeds letterlijk alleen Bebop-woordjes zou spelen.
Vergelijk het met het Nederlands uit de Gouden Eeuw. Als je een gesprek zou kunnen horen of een geschrift leest uit die tijd is het best te volgen, maar het klinkt wel een beetje raar. Het Nederlands is duidelijk verder ontwikkeld in de loop van de tijd. Zo is het ook met de Bebop.
Bovendien wil je graag creatief bezig zijn als je improviseert, iets nieuws spelen in plaats van voorgekauwde zinnetjes achter elkaar te plakken. Je wilt jezelf uitdrukken als je improviseert. Anders klinkt iedere muzikant precies hetzelfde.
Daarom moet je die Bebop-woordjes integreren met de ‘dingen’ die je normaal speelt en jou maken tot wie je muzikaal bent. Je moet die Bebop woordjes een beetje omvormen, je eigen dialect er mee maken.
Onlangs was ik te gast bij omroep L1 in Maastricht en werd geïnterviewd over mijn visie… in Limburgs dialect. Je kunt het hier terugluisteren. Let op: Ik zit in het tweede blok.
Als je dat Limburgs te lastig vindt, kun je hier een samenvatting lezen, gewoon in Algemeen Beschaafd Nederlands. Enjoy!
Overigens wilde ik nog even kwijt, dat bij veel ‘Algemeen Beschaafde Nederlanders’ (die ‘Hollanders’ die in de Randstad wonen) het idee leeft dat Limburgs dialect gewoon ABN is met een ‘zachte g’ en met een komische, zangerige en glooiende manier van intoneren.
Niet dus! Elk dorp in Limburg heeft zijn eigen dialect. Is het Fries een taal die in alle delen van Friesland nagenoeg gelijk wordt gesproken, in Limburg hoor je 3 km verder al andere woorden, klemtonen en uitdrukkingen. Je kunt daarom ook niet spreken van HET Limburgs dialect. Waarvan akte…
Ik zou zelfs een blog kunnen wijden aan Limburgse dialecten omdat ik me er best wel in heb verdiept. Het is een grappige mengelmoes van Nederlands, Duits en een beetje Frans:
In het Kerkraads dialect betekent ‘naas’ zowel ‘neus’ als ‘nat’. Alleen door de lengte en intonatie van de ‘aa’ hoor je wat de bedoeling is. Bij ‘neus’ is de aa net iets korter dan bij ‘nat’. “Mieng naas is naas” betekent ‘Mijn neus is nat’.
In mijn eigen dialect heb je iets soortgelijks met het woord ‘keal’. Het betekent ‘keel’ (de ea kort en hoog geïntoneerd) of ‘kerel’ (de ea lang en lager geïntoneerd). De ea zou je ook kunnen schrijven als è en klinkt als de laatste e in het Franse woord Camembert.
Als klein jongetje kon ik me in de supermarkt in Duitsland ook goed verstaanbaar maken in mijn dialect als mijn Duits te kort schoot.
In Maastricht doen ze geen boodschappen maar ‘kemissies’.
Zo kan ik nog veel langer doorgaan. Laat ik het maar bij muziek houden: Op JOUW muzikale dialect!
Werner Janssen
PS
De serie meespeelboeken ‘Talking Bebop’ is de makkelijkste en leukste manier om jouw eigen Bebop dialect te ontdekken. Even ontsnappen in je eigen wereldje en lekker meespelen. Melodieuze improvisaties met slechts 5 akkoorden, de 10 belangrijkste toonladders en de 10 beste beboplicks.
Deel 1 ‘Modal Jazz‘ is beschikbaar voor altsax, tenorsax, trompet, fluit en klarinet. Binnenkort komt ook de versie voor trombone. Deel 2 ‘Easy Jazz Standards‘ komt net voor of net na de zomer uit. Deel 3 ‘Jobim‘ komt in november uit.
Hi Werner,
Ik begraap wa Limburgs mo heb het gemakkelijker mè dialect van Dilbeeks omgeving zenne (lol)
Hoe dan ook, plezier hebben met musiceren en ook steeds verder bijleren is een drijfveer voor mij. Al enkele jaren ervaring met “improvisatie”, maar uit je uitleg/voorstellen in je methode haal ik interessante zaken en verbeter zo constant mijn “impro aanpak”. En ja, ik ben in blijde verwachting op je twee volgende meespeelboeken.
Trompettist groeten,
Guillaume
Haha, ja blijft mooi die streektalen. Vlaams is ook zo’n mooie taal. Bedankt voor je bijdrage.
Leuk stukje Werner. Zag op Facebook dat Leo Janssen het ook leuk vond, jullie Limburgers onder elkaar herkennen dit, voor ons “Ollanders” (dikke nekken volgens onze Zuiderburen) is het niet zo vanzelfsprekend. Ik heb 10 jaar in Brussel gewoond, in Genesius Rode om precies te zijn, en het dialect dat in Alsemberg (3 km verder) en in Dworp (5 km de andere kant op) werd gesproken was totaal verschillend van elkaar en van dat van St. Genesius Rode. Dus ook Vlaams heeft vele schakeringen.
Zie je op de Imrpo Jam zondag!
Ha Fred,
Dank voor je reactie. België dat is voor een groot deel onbekend terrein voor mij qua dialecten. Prachtige taal dat Vlaams. Ik vind het leuk om te imiteren en heb me wel bekwaamd in ‘Hents’ en kan ook het Vlaams van Belgische Limburgers nadoen. Mijn jongste zoon imiteerde mij dan weer met succes. We spraken af dat we bij het begin van het schooljaar (hij kwam in een nieuwe klas) Vlaams tegen elkaar zouden praten. Iedereen trapte er in.
Nu nog voor piano en beginner (1 jr bezig met vooral onlinecursussen en youtube) iets jazzy om erin te komen en te begrijpen.
Ah jij bent geknipt voor mijn boek ‘Improviseren doe je zo!’. Kijk eens op https://improcircle.nl/improviseren-doe-je-zo/